Stampvoetend staat je kind voor je. Dan stormt het weg, de deur knalt dicht. Rotmama!' hoor je door de gesloten deur. Je hebt zo geprobeerd je geduld te bewaren, maar je kind was weer zo druk met ravotten en lawaai maken dat niets binnenkomt. Je kind zit vaker ondersteboven dan normaal op een stoel en even stilzitten en luisteren is er niet bij. Je voelde al dat je op ontploffen stond en had al 3 keer gezegd: 'Ga je nu even omkleden, het is al laat'. Geen enkele reactie kreeg je, helemaal niets! 'Luister nu, potverdrie nu eens een keertje naar me!' hoorde je jezelf weer eens schreeuwen. Je schaamt je dood. Dit gebeurt je steeds vaker en je weet ondertussen niet meer hoe je het moet tegenhouden. Zouden de buren het niet gehoord hebben? Je krijgt nog eens de kinderbescherming op de stoep als het zo doorgaat. Je wilt helemaal niet zo uitvallen tegen je kind, maar soms weet je het gewoon even helemaal niet meer. Wanhopig word je ervan.
De rest van het gezin trekt het ook niet meer. Alle aandacht gaat naar je ene kind en het is veel te vaak niet meer leuk in huis.
Gisteren hadden jullie het nog zo gezellig samen. Lekker lang in de pyjama rondgehangen, leuke dingen gedaan. Maar dan komen de dagen weer dat er weer van alles 'moet' en voor je het weet staan jullie weer als twee kemphanen tegenover elkaar. Dit is helemaal niet wat je wilt.